Sociaal domein

2.2.1 Velsenaren kunnen een beroep doen op inkomensondersteuning als zij zelf niet in (hun levensonderhoud) een bestaansminimum kunnen voorzien

Wat willen we bereiken?

Velsenaren kunnen een beroep doen op inkomensondersteuning als zij zelf niet in (hun levensonderhoud) een bestaansminimum kunnen voorzien.

Wat gaan we daarvoor doen?

Inkomensondersteuning
Velsenaren die niet voldoende inkomsten hebben om van rond te komen, kunnen onder voorwaarden een beroep doen op financiële ondersteuning (algemene of bijzondere bijstand). Het aantal mensen met een bijstandsuitkering neemt al jaren toe. Dit heeft te maken met de economische crisis en de nieuwe doelgroep per 1 januari 2015 (Wajongers). Na de economische crisis herstelt de arbeidsmarkt zich langzaam. Dat is uiteindelijk ook te zien aan de werkloosheidsuitkeringen bij het UWV. De bijstand volgt altijd pas later, maar dit duurt langer dan verwacht. Momenteel neemt het aantal mensen met een bijstandsuitkering maandelijks nog toe.

Armoedebeleid
Velsen voert een maatwerkgericht armoedebeleid en ondersteunt hiermee de kwetsbare groepen. Bijzondere aandacht gaat uit naar kinderen die opgroeien in arme gezinnen en naar alleenstaande ouders. Zo komen kinderen onder andere in aanmerking voor een 10-badenkaart voor het zwembad, een fiets en een vergoeding voor deelname aan sportactiviteiten, om te voorkomen dat zij in ontwikkeling achter blijven.

Het Rijk heeft structureel extra middelen voor armoedebestrijding en schuldhulpverlening ter beschikking gesteld. De wens van de gemeenteraad is dat deze extra middelen ten goede komen aan de doelgroep.
Velsen wil die extra middelen de komende jaren op de volgende wijze inzetten:

  1. Schuldpreventie: blijvende aandacht voor de preventie van schulden;
  2. Bijzondere aandacht voor kinderen: voorkomen van sociaal isolement van kinderen uit arme gezinnen;
  3. Alleenstaande ouders: aandacht voor deze doelgroep die het financieel lastig heeft;
  4. Individualisering en maatwerk: het beoordelen van de persoonlijke situatie van klanten doet meer recht aan de bedoeling van de bijzondere bijstand;
  5. Bereik doelgroep vergroten: met extra inzet op communicatie meer bekendheid geven aan de inkomensondersteunende regels. Zo hopen wij niet-gebruikers te vinden.

IJmondiale handhaving bijstand
De dienstverlening aan potentiële uitkeringsgerechtigden is zo ingericht dat mensen die er recht op hebben zo snel mogelijk een uitkering ontvangen en in hun algemene bestaanskosten kunnen voorzien. Dat is de ene kant van de doelstelling. De andere kant is om mensen die er geen recht op hebben, uit de uitkering te houden. De basis hiervoor ligt vast in het Handhavingsbeleidsplan (2015).

In 2016 is een start gemaakt met IJmondiaal handhaven. Naast het op gelijke wijze handhaven in de pilot Strenger en Selectiever aan de poort (zie hieronder) is een start gemaakt met vierwekelijkse IJmondiale handhavingsoverleggen om een uniforme werkwijze te ontwikkelen. In 2017 worden de ervaringen uit 2016 geëvalueerd en wordt gestart met de IJmondiale handhaving bij de lopende bijstandsuitkeringen. De overleggen worden dan tweewekelijks gehouden. Ook zal in 2017 worden ingezet op deskundigheidsbevordering van de handhavers.

Pilot strenger & selectiever aan de poort
In 2016 is gestart met een pilot ‘Strenger en selectiever aan de poort’. Die houdt in dat de burger in de eerste drie weken na de aanvraag van een uitkering zelf actief op zoek moet naar werk. Dit past bij het streven ‘werk voor inkomen’ en legt de nadruk op de eigen kracht van de burger. Na drie weken krijgt hij of zij een gesprek bij IJmond werkt! waarin de zoektermijn wordt beoordeeld en de rechten en plichten worden toegelicht. Pas na goedkeuring van de zoektermijn wordt de burger uitgenodigd voor een gesprek bij de gemeente. Hierdoor wordt een traject bij IJmond werkt! pas ingezet als blijkt dat iemand dit echt nodig heeft.

Het verwachte resultaat is dat deze pilot zal leiden tot minder uitkeringen, omdat burgers sneller zelf een baan vinden. In het najaar van 2016 wordt geëvalueerd of deze werkwijze structureel wordt ingezet.

Schuldpreventie en schuldhulpverlening
Velsen zet actief in op het voorkomen van financiële problemen bij burgers. Preventieve activiteiten moeten voorkomen dat burgers zo ver in de problemen raken dat (dure) hulpverlening nodig is en voorkomt sociale uitsluiting. Velsen vindt het daarom van groot belang om kinderen en jongeren zo vroeg mogelijk verstandig te leren omgaan met geld en zet daarom in op voorlichting via de scholen.
Momenteel wordt gewerkt aan een nieuw IJmondiaal beleidsplan dat in 2017 uitvoering krijgt. Velsen legt de komende vier jaar de nadruk op het verkleinen van de kans op problematische schulden, waar financiële educatie in samenwerking met het onderwijs een onderdeel van is. Bestaande trajecten ondersteuning schuldhulpverlening worden voortgezet.